7 november 2008
De krant La Repubblica houdt al een hele tijd een online-enquête over de voor- en nadelen en de toekomst van de zogenaamde sampietrini (of sanpietrini), de typische Romeinse straatbekleding in kassei. ‘Kinderkopjes’ zoals ze bij ons ook wel bekend staan. Lezers worden uitgenodigd om hun mening te geven over het onderhoud of de verwijdering van het traditionele porfier dat wel romantisch en nostalgisch oogt, maar ook de naam heeft ongemakkelijk en gevaarlijk te zijn. Het is alleszins een onderwerp dat heel wat lezers bezig houdt. Meer dan zevenduizend mensen reageerden al. Een duidelijke meerderheid ziet de kasseitjes liever behouden maar dan alleen in het historische centrum of in gebieden waar veel voetgangers komen.
Sampietrini is de typische vorm van kasseibestrating die je aantreft in het centrum van Rome. De kasseien van zwart porfier werden voor het eerst gebruikt in de tijd van paus Sixtus V voor het effenen van de belangrijkste straten van Rome, want dat was een betere oplossing dan de andere verhardingen op dat moment, voor wat betreft de doorvoer van rijtuigen. Ook paus Sixtus IV experimenteerde zo’n honderd jaar eerder al met het verharden van de straten. Hij liet eerst bakstenen gebruiken, die later om duurzame redenen toch werden vervangen door de sampietrini. Overigens worden de acrobatische werklieden die in, rond en op de Sint-Pietersbasiliek allerlei werkzaamheden verrichten ook sanpietrini geheten, maar dat is een ander verhaal.
Behalve dat het een erg sterk materiaal is, zijn de voordelen van de kasseitjes dat de grond niet helemaal wordt bedekt, waardoor het water nog een klein beetje weg kan. Ze passen zich bovendien makkelijk aan aan de onregelmatigheden in het wegdek en weerstaan bewegingen van de grond. Bij werken zijn de steentjes vrij vlot te verwijderen, in tegenstelling tot asfalt dat altijd moet worden kapot gebroken. Negatieve punten zijn dat de grond na verloop van tijd onregelmatig wordt en dat de kasseitjes bij regenweer zeer glad kunnen zijn. Omwille van zijn specifieke kenmerken zijn de sampietrini niet geschikt voor straten met autoverkeer aan hogere snelheid. In Rome is het gebruik ervan grotendeels beperkt tot de historische binnenstad of zeer smalle straatjes of typische pleintjes (in Trastevere, bijvoorbeeld), waar het minder druk is en het verkeer trager verloopt.
In juli 2005 verklaarde Walter Veltroni, toen nog burgemeester van Rome, dat de sampietrini-bestrating verschillende problemen veroorzaakte. De onregelmatigheid zou te gevaarlijk zijn voor scooters en andere tweewielers en grotere voertuigen veroorzaakten volgens Veltroni bij het rijden op de kassei niet alleen veel lawaai maar ook grote trillingen die schade zouden kunnen toebrengen aan de omliggende gebouwen. Veltroni gaf wel toe dat de meeste problemen werden veroozaakt door slecht onderhoud en kondigde toen meteen aan zoveel mogelijk sampietrini te verwijderen en ze enkel nog te gebruiken voor specifieke delen in de historische binnenstad of het afbakenen van autovrije zones.
Veel van de reeds uitgevoerde werkzaamheden aan de pleinen en straten van Rome (bijvoorbeeld de Piazza Mastai in Trastevere) zijn echter geen verbetering gebleken, maar hebben het wegdek en het stadsgezicht eerder in negatieve zin gewijzigd. Voor de heraanleg van het gehele plaveisel van de Piazza di Santa Maria in Trastevere, een plein van een grote historische en architectonische waarde, publiceerde het stadsbestuur in 2003 een boekje waarin ze aankondigde bij de restauratie originele sampietrini te gebruiken maar die wel in een ander patroon te plaatsen dan in Rome gebruikelijk is, dus niet in overeenstemming met de karakteristieke kenmerken van de Romeinse traditie.
Het grootste deel van de Piazza di Santa Maria in Trastevere was toen al een voetgangerszone en de sampietrini zijn er over het algemeen steeds in vrij goede staat gebleven, ook al omdat de kasseitjes nooit verwijderd werden en daardoor ook goed bewaard. Bij de plaatsing werd een hellend vlak gecreëerd met één sterke helling en een serie secundaire hellingen, via zich herhalende motieven en patronen. Door de structuur van het wegdek op basis van de oorspronkelijke opzet kan het regenwater wegvloeien naar vier grote afvoerroosters, zodat het plein (dat in een overstromingsgebied ligt) niet wordt overstroomd. Dat komt onder andere omdat er, in het grootste deel van de bestrating, geen cement tussen de stenen zit. De hiervoor gebruikte techniek is echter verloren gegaan. De straten in Trastevere hadden geen enkele vorm van plaveisel of verharding tot het eind van de vijftiende eeuw, toen Paus Sixtus IV opdracht had gegeven voor het bestraten van de wijk. Eerst werden bakstenen gebruikt, maar later sampietrini, waarover koetsen makkelijker konden rijden.
[ via